De boodschap van de mier !

Insecten inspireren topbedrijven met oplossingen zonder sturend gezag

'Wat kan een elektronicaconcern leren van mieren?'

Lijkt dit je een nogal onnozele vraag, lees dan onderstaand artikel maar eens dat ik vond op www.kristijn.com.

Dus ... wat kunnen wij leren van de mieren?

'Veel. Zoveel zelfs, dat Siemens, de Duitse elektronicagigant, een groot deel van zijn productieproces afstemt op de werkwijze van deze nijvere zesvoetertjes. Niet alleen Siemens, ook telecommunicatiebedrijven, banken, filmmaatschappijen en zelfs legers laten zich inspireren door mieren en andere insecten om problemen op te lossen en de effectiviteit op de werkvloer te vergroten. Hun boodschap: stuur minder van bovenaf, maar vertrouw meer op de collectieve intelligentie van de soort.

Wat maakt insecten die in scholen, zwermen of kolonieën opereren zo bijzonder? Eén enkele mier is tot vrijwel niets in staat, een kolonie mieren daarentegen gedraagt zich als een soepele, efficiënte machine. Samen komen mieren tot schijnbaar achteloze oplossingen voor ingewikkelde logistieke problemen. Daardoor zijn ze studiemateriaal geworden voor bijvoorbeeld telecommaatschappijen en andere ondernemingen die goederen of diensten moeten verplaatsen. Mieren vinden bijvoorbeeld altijd de kortste weg naar een voedingsbron en werken voorbeeldig samen om zware voorwerpen te vervoeren. Hun nesten zijn toonbeelden van orde en efficiëntie. Welk bedrijf wil dat nou niet?

De intelligentie die mieren hiertoe in staat stelt, wordt ‘zwermintelligentie’ genoemd. Wetenschappers vragen zich al langer af hoe het precies werkt. Is er een sturend mechanisme? Heeft iemand de leiding? Is er een plan? Het Duitse blad Natur+Kosmos legt in een artikel van april 2004 uit waarom de antwoorden op deze vragen (waarschijnlijk) ‘nee’ luiden. De haast volmaakte coördinatie in een zwerm blijkt het resultaat van de optelsom van de interacties tussen de individuele leden – en dat is geen gestuurd proces.

Neem het vinden van de snelste route naar een voedingsbron: wanneer mieren voedsel vinden, slepen ze dit naar het nest. Iedere mier laat daarbij een geurspoor na, waardoor ook anderen de weg naar het voedsel kunnen vinden. De mier die het eerst terug is op het nest, heeft blijkbaar de snelste route gevonden. De mieren die er vervolgens op uittrekken, volgen dit geurspoor. Ook zij laten geurstoffen achter, waardoor deze route het sterkst ruikt en dus vanzelf de algemene route wordt. Heel simpel, heel efficiënt. Wanneer een obstakel optreedt, is er altijd wel een mier die een alternatieve route vindt die vervolgens de algemene route wordt. Zo zijn mieren in staat oplossingen te blijven vinden zonder sturend gezag.

De softwareprogramma’s die op basis van dit mierengedrag zijn gebouwd, werken precies zo, en met uitzonderlijke resultaten. Neem een bekende logistieke uitdaging waarmee veel bedrijven worstelen: het probleem van de ‘handelsreiziger’, ofwel: hoe vind je de kortste route tussen een x aantal ‘steden’? Het resultaat van de huidige rekenmodellen leveren acceptabele oplossingen, maar optimaal is anders. Met de ‘mierensoftware’ worden vrijwel uitsluitend optimale resultaten behaald. De software stuurt virtuele mieren op pad die virtuele geurstoffen nalaten. Na verloop van tijd wordt de snelste route vanzelf zichtbaar.

Telecombedrijven als France Telecom en het Britse BT gebruiken deze software om signalen via de snelste routes door het net te jagen. Het voordeel van de software is dat het, net als echte mieren, in staat is zonder een sturend mechanisme problemen als overbezette lijnen op te lossen door andere routes te kiezen. Siemens experimenteert vooral met het vinden van de snelste routing voor producten die van de leverancier worden getransporteerd naar fabriek, winkel of klant.

Wetenschappers experimenteren nu ook met robots die zich als mieren gedragen om voorwerpen te verplaatsen. Wanneer de simpele opdracht wordt gegeven: ‘Vind de doos, maak er contact mee, positioneer jezelf zodat de doos tussen jou en het doel in is en verplaats de doos naar het doel’, dan veranderen de robots net zolang van positie, totdat ze in staat zijn de doos samen naar het doel te schuiven – precies zoals mieren dat doen. De robots corrigeren zichzelf zonder enige sturing van boven of programmering. Autonomie en zelfregulering zijn de nieuwe sleutelbegrippen. Critici zien daar ook een gevaar in: wat gebeurt er als deze autonome ‘mieren’ ineens onvoorspelbaar gedrag gaan vertonen?

Niet alleen mieren, maar ook andere groepsdieren als wespen en bijen blijken een inspiratie voor efficiëntere bedrijfsvoering. Bijen en wespen kennen namelijk hiërarchische systemen, waarbij oudere dieren andere taken hebben dan jongere. Het systeem is echter niet rigide. In geval van nood kunnen ‘bouwers’ bijvoorbeeld ook worden ingezet als voedselverzamelaars.

In een artikel in Scientific American van maart 2000 vertelt Michael Campos van de Amerikaanse Northwestern University over een softwareprogramma dat hij schreef voor een fabriek die auto’s verft. Iedere verfcabine is gespecialiseerd in een eigen kleur, maar de gele cabine kan dwingend worden ingeroepen wanneer er plotseling behoefte zou zijn aan meer blauwe verf. Klinkt simplistisch, maar in de praktijk werkt het zeer effectief. Door op deze manier een hiërarchie in te plannen, corrigeert het systeem zichzelf wanneer nieuwe omstandigheden zich voordoen.

De toepassingen van deze wespensoftware zijn onuitputtelijk. Siemens gebruikt het om de vertragingen in de levering van producten terug te dringen (met 44 procent), waardoor de punctualiteit van de levering van producten bijna is verdubbeld. Voor banken en andere financiële instellingen zijn nu softwareprogramma’s op de markt die de kredietwaardigheid van klanten indelen op dezelfde wijze waarop bijen hun korven inrichten. In Hollywood wordt zwermgedrag gebruikt om animaties te maken waarbij grote groepen (bijvoorbeeld legers) als één bewegen.

Het onderzoek naar zwermgedrag is deel van een nieuwe wetenschappelijke school die er niet op uit is de natuur te beheersen, maar van de natuur te leren. Onder de vlag van biomimicry is hier al meer studie naar verricht. (nvdr: zie hiervoor mijn artikel over biomimicry op deze blog van 01/06/2009) Meer begrip van zwermgedrag betekent meer vat op de patronen die achter schepping en levensprocessen schuilgaan. Ook de Amerikaanse semi-wetenschappelijke uitgave Science&Spirit ging in een artikel in nummer van september/oktober 2004 op zoek naar deze achterliggende patronen en mechanismes. De conclusie: achter alle levensprocessen – of het nu amoeben zijn die kolonies vormen of mensen die steden bouwen – schuilt een grote mate van zelforganisatie, waarbij vooral de onderlinge relaties tussen de individuele leden bepalend zijn voor de uitkomsten.'

Bron: www.kristijn.com, zonder datum

En zo heb ik hieruit weer een belangrijke les geleerd: we zouden als mensen ons wat bescheidener moeten opstellen en rondom kijken en observeren. De natuur kan ons heel veel leren !

Memedir, 10/06/2009

Reacties

Populaire posts van deze blog

Maldek

Honing en Kaneel: De wonderlijke en vaak niet geziene genezende eigenschappen

Over het aardraster ...